Bij woningruil zijn twee of meerdere huishoudens betrokken. Er zijn meerdere redenen voor een huishouden om van woning te willen ruilen, bijvoorbeeld gezinsuitbreiding, gelijkvloers wonen of verhuizen naar een plek dichter bij ouders of kinderen.
Voorheen waren de regels van de corporaties verschillend. Daardoor gingen aanvragen voor woningruil soms niet door. Ook kwam het voor dat corporaties woningen bij wisseling van huurder in een duurder segment plaatsten, waardoor woningruil bij deze woningen werd afgewezen. Dat doen ze niet meer. De Amsterdamse corporaties werken nu intensief samen om belemmeringen weg te halen en woningruil mogelijk te maken.
Nieuw huurcontract bij woningruil
Bij het ruilen van een woning krijgen de verschillende huishoudens in principe een nieuw huurcontract. De corporaties vinden passend wonen belangrijk en zien hoe woningruil hieraan kan bijdragen. De woningcorporaties bekijken of iemand financieel en fysiek passend wil wonen en toetsen of dat binnen de Amsterdamse huisvestingsverordening mogelijk is. De woningcorporaties laten de huurprijs eventueel stijgen of dalen, zodat deze past bij de toekomstige bewoner.
Anne-Jo Visser, directeur-bestuurder van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties: “Het is fijn dat we weer een stap verder zijn in het helpen van mensen die graag willen ruilen van woning. Bewoners maken zo hun verhuiswens – gelijkvloers wonen, groter vanwege gezinsuitbreiding of dichter bij familie- waar. En tegelijkertijd zetten we de woningvoorraad efficiënter in en kunnen meer Amsterdammers passend wonen. De corporaties doen er, in de nieuwe situatie, alles aan om de bewoner met een woningruilwens te helpen”.
Foto: Patrick Coerse
